Opvoeding en ouderschap
Het gewone opvoeden en ouderschap gaat door, en broertjes en zusjes blijven ook aandacht vragen. Soms roept de situatie extra opvoedvragen op, zijn broertjes en zusjes bijvoorbeeld jaloers omdat het kind dat veel zorg nodig heeft en alle aandacht krijgt. Of ontstaat er ruzie onderling, als een uitlaatklep voor boosheid en spanning.
Tegelijkertijd kunnen dit ook gewone opvoedsituaties zijn, als resultaat van gewone irritaties tussen broers en zussen onderling. Broers en zussen laten hun emoties ook vaak niet direct zien, vanwege loyaliteitsgevoelens (mijn broer of zus kan er ook niets aan doen) of omdat ze hun ouders niet lastig willen vallen (jullie hebben het al zwaar genoeg). Emoties kunnen dan indirect tot uiting komen, via lichamelijke klachten als buikpijn, hoofdpijn of bedplassen. Probeer op dit soort signalen extra alert te zijn. Wanneer je wel het gevoel hebt dat de opvoedvragen, het gedrag of lichamelijke klachten van broers en zussen samenhangen met jullie bijzondere situatie, of het sowieso lastig vindt om hiervoor goede oplossingen te vinden, kun je altijd hulp inschakelen van een pedagogisch medewerker. Bijvoorbeeld vanuit het ziekenhuis of een opvoedsteunpunt bij jou in de buurt.